Home » Posts tagged "GAFA"

Het Europees Parlement spreekt zich uit over de Digital Services Act

30 oktober 2020

Naar aanloop van de nieuwe Digital Services Act, verwacht komende december, heeft het Europees Parlement op 20 oktober 2020 drie resoluties aangenomen met het oog op het reguleren van online platformen en het zoveel mogelijk bestrijden van illegale content.

Om gevarieerde en kwaliteitsvolle inhoud te garanderen, is er nood aan grotere transparantie en het verbeteren van de vaardigheden van de burgers inzake media- en digitale geletterdheid m.b.t. de verspreiding van schadelijke content, haatzaaiende uitlatingen en desinformatie, samen met het versterken van onafhankelijke beroepsjournalistiek.

De bestrijding van illegale content

Illegale content is de laatste jaren meer en meer een probleem geworden. Lidstaten bestrijden dit elk op hun eigen manier wat tot een versnippering van regels heeft geleid en de vraag naar een Europees rechtskader steeds luider deed klinken. Illegale content vormt een ernstige bedreiging en schendt het vertrouwen van de burger in de digitale omgeving, maar heeft ook langdurige gevolgen voor de veiligheid en de grondrechten van personen.

  • Het Europees Parlement dringt aan een duidelijk onderscheid te maken tussen enerzijds illegale inhoud, strafbare feiten en illegaal gedeelde inhoud, en anderzijds schadelijke content, haatzaaiende uitlatingen en desinformatie die niet altijd illegaal zijn. Ze onderstrepen het beginsel “wat offline illegaal is, is dat ook online”.
  • Zelfreguleringen en co-reguleringen hebben de voorbije jaren veel goeds verricht. Ze verzekeren dat platformen zorgvuldig, evenredig en niet-discriminerend te werk gaan en voorkomen dat onopzettelijke inhoud die niet illegaal is, wordt verwijderd. Het gevaar bij deze reguleringen is dat ze kunnen leiden tot verplichte filtering van de geüploade inhoud. Er is nood aan een duidelijk kader voor het bestrijden en verwijderen van illegale content en aan activiteiten om ervoor te zorgen dat deze content snel wordt gemeld en verwijderd.
  • Het Europees Parlement vraagt verduidelijking van de actieve en passieve rol van platformen. Aanbieders van internettoegang vervullen een passieve en neutrale rol en kunnen dus niet aansprakelijk gesteld worden voor illegale inhoud. Een actieve rol is wanneer een platform inhoud creëert of in zekere mate bijdraagt aan de illegaliteit van inhoud of als zij inhoud van derde partijen als eigen inhoud overneemt. Onlinetussenpersonen kunnen niet louter als actief beschouwd omwille van de maatregelen die ze nemen om illegale content te bestrijden.
  • Bij twijfel over het “illegale” karakter van bepaalde inhoud, moet deze onderworpen worden aan menselijke evaluatie en mag niet zomaar overgegaan worden tot het verwijderen van deze inhoud. Geautomatiseerde instrumenten zijn niet in staat om illegale content op betrouwbare wijze te onderscheiden van inhoud die in bepaalde context legaal is. Het Europees Parlement streeft voor een onafhankelijk geschillenbeslechtingsorgaan om geschillen over de rechtmatigheid van geüploade content te beslechten. Dit orgaan mag mee gefinancierd worden door de online platformen via een speciaal fonds en wordt beheerd door een Europese entiteit. De platformen kunnen boetes opgelegd krijgen wegens niet-naleving van de wetgeving. Deze boetes helpen bij de financiering van het speciaal fonds.
  • Gebruikers moeten illegale content gemakkelijk kunnen aangeven. Deze melding moet voldoende onderbouwd zijn zodat er een weloverwogen besluit kan genomen worden. Wanneer een beslissing wordt genomen, worden alle partijen hiervan op de hoogte gebracht. Wanneer een persoon herhaaldelijk illegale content plaatst, neemt het platform gepaste maatregelen. Voorts moeten platformen verplicht illegale content, die een ernstig strafbaar feit kan vormen, melden aan de bevoegde rechtshavingsinstanties.
  • Platformen worden verplicht jaarlijks een transparantieverslag te publiceren met onder andere het totaal aantal meldingen, aantal verwijderingen, maatregelen tegenover herhaaldelijke inbreuken, etc.

Striktere regulering persoonsgerichte advertenties

Het Europees Parlement wil persoonsgerichte advertenties strikter maken. Platformen tonen doelgerichte advertenties om hun winst te vergroten, maar gebruiken hiervoor veel data van de gebruikers. Het Europees Parlement streeft naar strikte voorwaarden voor het gebruik van gerichte persoonlijke reclame door middel van vrije, specifieke, geïnformeerde en ondubbelzinnige voorafgaande toestemming van de gebruiker. Zo krijgen gebruikers meer controle over hun eigen data en hebben ze de keuze om persoonlijke reclame te weigeren, te beperken of aan hun eigen behoeften aan te passen. De toestemming voor gerichte reclame wordt niet als vrij en geldig beschouwd indien de toegang tot de dienst afhankelijk wordt gesteld van gegevensverwerking.

Het Parlement vraagt hierom nieuwe transparantiemaatregelen voor de vaststelling van een kader voor de betrekkingen tussen platform en gebruiker, onder meer voor reclame, digitale nudging en preferentiële behandeling. Daarnaast vraagt ze de Europese Commissie na te gaan welke mogelijkheden er zijn om gerichte reclame te reguleren, alsook een geleidelijke afschaffing die leidt tot een verbod.

Het voorstel tot het verbieden van persoonsgerichte advertenties, baart de sector zorgen. Online advertenties zijn namelijk een belangrijke inkomstenbron en zorgen ervoor dat burgers nog steeds veen gratis content ter beschikking krijgen. Uitgevers gebruiken hiervoor inderdaad data van de lezers om hen informatie op maat te bezorgen, inclusief advertenties, met respect voor hun privacy. Deze financiering garandeert dat journalistiek gratis en onafhankelijk blijft.

Het grootste deel van advertentie-inkomsten lopen uitgevers echter mis. Deze gaan rechtstreeks naar de GAFA’s van de wereld en zorgen ervoor dat kleinere spelers moeten vechten om zich staande te houden. De sector vreest dan ook dat het verbieden van persoonsgerichte advertenties enkel de kleine spelers zal treffen, waardoor de kwaliteit van berichtgeving in het gedrang komt. In plaats daarvan is er nood aan wetgeving die de grondrechten en de bescherming van burgers waarborgt en tegelijk instaat voor gelijke concurrentie. Er moet een evenwicht gevonden worden tussen het recht op privacy van de burger en het recht om hen diensten te verlenen, zoals kwaliteitsjournalistiek. De regulering terzake moet zich enerzijds focussen op het datagebruik en de monopolisering van advertentie-inkomsten van de grote platformen, en anderzijds op het waarborgen van de duurzaamheid van pers en media.

De vrijheid van meningsuiting en van informatie zorgen ervoor dat we beschikken over een vrij en divers pers- en medialandschap, mede met het oog op de bescherming van onafhankelijke journalistiek. Gebruikers moeten ook beter in staat zijn hun grondrechten online af te dwingen. De snelle ontwikkelingen op technologisch vlak vereisen ook om persoonsgegevens en de persoonlijke levenssfeer te beschermen.

De nieuwe Digital Services Act heeft als hoofddoel de veiligheid van gebruikers op het internet te beschermen en zal online platformen verplichten hun steentje bij te dragen. Het is nu wachten op het officiële wetsvoorstel van de Europese Commissie.

Moet fake news gereguleerd worden?

7 oktober 2020

De senaat buigt zich momenteel over de bestrijding van fake news. In het kader van het toekomstig informatieverslag werden reeds verschillende hoorzittingen georganiseerd. Op vijf oktober 2020 kwamen onder meer de Vereniging van Journalisten en de Raad voor de Journalistiek hun standpunt uiteen zetten.

De VVJ is van oordeel dat kwalitatieve journalistiek moet worden gewaarborgd door enerzijds de uitgevers, die hun journalisten correcte arbeidsvoorwaarden en een goede werklast bieden, en anderzijds door de overheid, met onder meer de wet van 1963 inzake de erkenning en de bescherming van de titel van beroepsjournalist. Ook mediawijsheid is niet te onderschatten in de strijd tegen fake news. De VVJ maakt een onderscheid tussen desinformatie, waarbij moet ingezet worden op transparantie en fake news, waar er wel degelijk plaats kan zijn voor censuur. Hier kijkt de VVJ naar de online platformen zelf.

Langs de Franstalige kant vindt l’Association des Journalistes Professionnels (AJP) dat platformen zelf actie moeten ondernemen, en wanneer zij dit niet doen, hiertoe moeten worden verplicht. De AJP pleit voor een GAFA belasting die dient terug te vloeien naar degenen die correcte informatie verspreiden.

Volgens de Raad voor de Journalistiek moet men streven naar betrouwbare journalistiek en mediageletterdheid. Fake news moet ofwel worden verboden of men moet waarheidsgetrouwe informatie worden bevorderd. Sociale media mogen zelf niet beslissen welke media “kwaliteitsvol” zijn, hiervoor moet een zelfregulerende raad zijn waarbij media zich aansluiten en vervolgens engageren een gedragscode te volgen. De Raad voor de Journalistiek vindt ook dat de huidige regelgeving voor sociale media voldoende is en vreest dat zelfregulering bij online platformen weinig zal opleveren.

Le Conseil de déontologie journalistique (CDJ) vreest dat wetgeving inzake fake news gevaren inhoudt voor de volledige perssector. Ze opteren dan ook voor meer transparantie, de controle van de geloofwaardigheid van berichten en een samenwerking van alle partijen. Zelfregulering bij de  platformen zelf zal volgens hen niet de gewenste resultaten opleveren.

 


© 2019 Vlaamse Nieuwsmedia

Intranet

U heeft een login nodig om de intranet te kunnen raadplegen.
Naar het intranet

Zoeken

Newsalerts

Schrijf je in op onze nieuwsalerts en blijf op de hoogte.