Home » Featured » Echte persvrijheid en de Media Freedom Act

Echte persvrijheid en de Media Freedom Act

8 februari 2023

Afgelopen september publiceerde de Europese Commissie haar voorstel van Media Freedom Act, met het oog op de bescherming van mediapluralisme en -onafhankelijkheid. Een wetsvoorstel dat als doel heeft de persvrijheid te beschermen, verdient in principe lof en steun. Anderzijds is het zo dat het huidige voorstel van de Europese Commissie op bepaalde vlakken de persvrijheid juist inperkt in plaats van te beschermen. De tekst dient dan ook op bepaalde punten te worden herzien.

Het belang van persvrijheid

Persvrijheid is een van de grondvesten van een goed werkende democratie. Het is dan ook van uiterst belang om deze te allen koste te beschermen. De Media Freedom Act kan hierbij een rol spelen.

Gelet op de diversiteit van culturen en mediagewoontes in de verschillende lidstaten, is er geen eengemaakte markt in media, en is het dan ook niet aan de Europese Commissie om in dit verband maatregelen te nemen, maar aan de lidstaten (indien er al maatregelen moeten genomen worden).

Persvrijheid wordt in de verschillende lidstaten reeds op verschillende manieren gegarandeerd. Zo is persvrijheid in België verankerd in artikel 25 van de Grondwet, dat ook voorziet in een verbod op censuur. Daarnaast is er een zeer goed ontwikkelde en performante zelfregulering. In Vlaanderen bieden onder meer de Raad van de Journalistiek (RvdJ), de Jury voor Ethische Praktijken (JEP) en de bestaande redactiestatuten de nodige waarborgen om de persvrijheid te beschermen.

Elke invloed van bovenaf, zelf indien deze van de Europese Unie komt, kan de persvrijheid beperken en kan leiden tot ongewenste gevolgen, wat te allen tijde moet worden vermeden.

Opportuniteiten en valkuilen

De Media Freedom Act omvat enkele positieve elementen, die steun verdienen. Zo voorziet het wetsvoorstel in een verbod van staatsinmenging bij redactionele beslissingen (art. 4), de garantie dat eender welke inmenging in de media markten proportioneel en niet-discriminatoir moet zijn (art. 20) en de verplichting voor grote platformen om voorafgaand te melden dat zij content offline zullen halen en de prioritaire behandeling van klachten door deze platformen (art. 17).

Bij elk van deze punten is er echter nog ruimte voor verbetering. Zo is er nood aan bijkomende regels met betrekking tot de handhaving. Daarnaast moet verzekerd worden dat elke inmenging in de media enkel na publicatie kan gebeuren zodat elke vorm van censuur wordt uitgesloten, en moeten er concrete deadlines opgelegd worden aan de grote platformen.

Enkele elementen in de Media Freedom Act kunnen net een negatieve impact hebben op de persvrijheid.

Het wetsvoorstel omvat regelgeving die bepaalt dat de financiering van publieke omroepen adequaat moet zijn (art. 5,3), wat in geval van een overfinanciering van deze publieke omroepen, juist oneerlijke concurrentie kan teweegbrengen tussen private en publieke media. Het is hier van belang dat de regels m.b.t. (ongeoorloofde) staatssteun gerespecteerd worden.

Daarnaast worden ook regels voorzien om de mediaconcentratie te beperken (art. 21). Het is echter niet zo dat consolidatie automatisch een gevaar voor persvrijheid betekent. In kleinere markten is consolidatie onvermijdelijk en soms noodzakelijk voor verdere innovatie om zo te kunnen concurreren met de GAFAs. De Belgische situatie is vergelijkbaar met landen als Noorwegen en Zweden, die respectievelijk op plaatsen 1 en 3 staan op de wereldranglijst persvrijheid. Beslissingen inzake mediaconcentratie dienen dan ook met de nodige realiteitszin en de economische omgevingsfactoren behandeld te worden, en bij voorkeur door één autoriteit (zoals bijvoorbeeld de nationale mededingingsautoriteiten). Er is inderdaad een groot verschil tussen een geconcentreerde markt in handen van een beperkt aantal private spelers die investeren in onafhankelijke kwalitatieve content en een geconcentreerde markt in handen van bijvoorbeeld een oligarch, die de media naar zijn eigen hand zet.

Er wordt ook voorzien in de oprichting van een European Board for Media Services (art. 8 e.v.). Een dergelijke Raad zou in eerste instantie rechtstreeks indruisen tegen zelfregulering, wat essentieel is en de echte garantie vormt voor een vrije pers. Daarnaast is de samenstelling van de Raad, enerzijds door personen die geen ervaring hebben met nieuwsmedia en anderzijds door personen die afkomstig zijn uit lidstaten die elk eigen mediaregels hebben, problematisch. De Raad zou ook nauwelijks onafhankelijk zijn van de Europese Commissie, wat wil zeggen dat media, voor de eerste keer ooit, gereguleerd zouden worden op Europees niveau.

Nog werk aan de winkel

In tijden waar de pers meer en meer geviseerd wordt en waar fake news steeds vaker voorkomt, is het beschermen van persvrijheid, de kwaliteit van nieuws en journalisten een must. Elk initiatief dat hiertoe bijdraagt wordt dan ook gewaardeerd.

Waakzaamheid is evenwel geboden wanneer deze bescherming net het tegenovergestelde dreigt te veroorzaken. Hoewel het doel van de Europese Commissie met haar wetsvoorstel duidelijk is, zorgt de Media Freedom Act op sommige vlakken net voor minder persvrijheid. Het ontwerp dient in die zin dan ook te worden aangepast en herleid tot zijn initiële doelstelling, namelijk de onafhankelijkheid van mediabedrijven garanderen.

 

 


© 2019 Vlaamse Nieuwsmedia

Intranet

U heeft een login nodig om de intranet te kunnen raadplegen.
Naar het intranet

Zoeken

Newsalerts

Schrijf je in op onze nieuwsalerts en blijf op de hoogte.